Hollands Diep, Amsterdam 2019
259 blz.
Deze roman begint met een hoofdstuk vanuit de "schrijver", Tjanting genaamd. Zij is de vriendin van Isah, de hoofdpersoon. Isah heeft aan Tjanting haar bijzondere en trieste levensgeschiedenis verteld en deze schrijft deze thans op in 1910.
Dan krijgen we het verhaal in de ik-vorm vanuit Isah, die dan ruim zestig jaar is. Ze werkt tegenwoordig in de keuken van een hotel. Isah werd als bastaardkind geboren in de kraton (het hof) van de sultan van Djokja op Java. Als haar moeder haar wil uithuwelijken aan een oudere man, vlucht ze weg en papt ze aan met een Nederlandse militair. ze gaat bij hem wonen en ze krijgen twee dochters. Ze leidt een redelijk gelukkig leven, al wordt ze door mensen met een lichtere huid niet voor vol aangezien en vernederend behandeld. Op een gegeven moment gaat de militair naar Nederland om te trouwen met een Nederlandse vrouw en die vervolgens mee te nemen naar Indiƫ. Isag wordt weggestuurd. De twee meisjes worden in huis genomen ddor een bevriend echtpaar en isah gaat bij hen als baboe werken.
Het is een hartverscheurend verhaal. Ik kom veel te weten over hoe het destijds in Indiƫ toeging, gezien vanuit een Javaanse.